THIEL S draaikoppeling
| EN 74 klasse A | |
| Artikelnummer: | P-1080 (losse spie) P-1083 (vaste spie) |
| Gewicht: | 0,8 kg (P-1080) en 1,1 kg (P-1083) |
| Gebruiksbelasting: | 6,0 kN |
| Veiligheidsfactor: | 1,65 |
| Kenteken in de spie: | EN-74-CÜ 12533 |
| Draaikoppeling: | Koppeling om 2 buizen onder een hoek te verbinden |
| EN 74: | Getest volgens EN 74-1 |
| 12533: | Product code |
| CÜ: | Fabricage controle middels onafhankelijk certificatie instituut |
Met een koppeling kunt u twee buizen tijdelijk met elkaar verbinden:
- Kruiskoppeling: twee buizen haaks op elkaar verbinden
- Draaikoppeling: twee buizen onder een hoek aan elkaar verbinden
- Laskoppelingen: twee buizen in de lengte aan elkaar verbinden
Door het klemmen van de koppeling aan de buizen en het aanslaan van de spieën wordt de verbinding verkregen.
Normen van THIEL S draaikoppeling
Van Thiel koppelingen voldoen aan de norm EN 74 koppelingen en toebehoren voor stalen buissteigers.
Eisen en beproevingsmethoden:
- Klasse B voor kruiskoppelingen
- Klasse A voor draaikoppelingen
- Klasse B voor laskoppelingen
Grondstof
De gebruikte grondstoffen S235JR en S355JR moeten voldoen aan de eisen gesteld in de TGB en Euronorm. De grondstoffen worden bij ontvangst aan een ingangscontrole onderworpen volgens ISO 9001.
Kenteken
Bij koppelingen met vaste spie is dit kenteken in de vaste spie geperst.
Kwaliteit
De van Thiel kwaliteitsafdeling controleert de kwaliteit van de koppelingen door middel van dagelijkse procescontrole en testen van de koppelingen.
Corrosie bescherming
De koppelingen zijn thermisch verzinkt of gesherardiseerd en daardoor levenslang beschermd tegen roest. Corrosiebescherming volgens:
- NEN 2694 en NEN 5253 sherardiseren
- NEN 1275 en NEN 2693 en DIN ISO 50976 thermisch verzinken.
Gebruik van THIEL S draaikoppeling:
Koppelingen alleen gebruiken voor het verbinden van:
- Twee stalen steigerbuizen met een uitwendige diameter van 48,3 mm en een wanddikte van minimaal 3,2 mm
- Twee aluminium steigerbuizen met een uitwendige diameter van 48,3 mm en een minimale wanddikte van 4 mm.
Voor zover geen ander gebruik is vastgelegd, geldt voor het gebruik van koppelingen de norm EN 12811.
Koppelingen dienen door het aanslaan van de spie met een (500 grams van Thiel) hamer te worden aangetrokken tot aan de ‘dode slag’ (EN 74-1). Aanslaan met een normale krachtsuitoefening twee a drie slagen.
Koppelingen dienen voor elk gebruik visueel gecontroleerd te worden. Bij zichtbare beschadigingen of vervormingen de koppelingen niet gebruiken.
De toegestane verschuiving van de koppeling bedraagt maximaal 0,05 mm/ kN.
